Certain vs. Sure: What's the Difference?

Leer je Engels en loop je steeds vaker tegen woorden aan die bijna hetzelfde lijken, maar toch een andere betekenis hebben? 'Certain' en 'sure' zijn daar een goed voorbeeld van! Hoewel ze allebei 'zeker' betekenen in het Nederlands, is er een subtiel verschil in hoe ze worden gebruikt. 'Certain' suggereert vaak een grotere mate van zekerheid, gebaseerd op bewijs of kennis. 'Sure', daarentegen, drukt meer een gevoel van vertrouwen of overtuiging uit.

Kijk maar naar deze voorbeelden:

  • Certain: "I am certain that the sun will rise tomorrow." (Ik ben er zeker van dat de zon morgen zal opkomen.) Hier is de zekerheid gebaseerd op wetenschappelijke kennis.
  • Sure: "I'm sure he'll call you later." (Ik weet zeker dat hij je later zal bellen.) Hier is de zekerheid meer een gevoel of verwachting, gebaseerd op eerdere ervaringen of wat je denkt te weten.

Een ander verschil zit in de manier waarop ze in zinnen worden gebruikt. 'Certain' wordt vaak gevolgd door een 'that'-clause (bijzin), terwijl 'sure' vaker direct gevolgd wordt door een bijvoeglijk naamwoord of een infinitief (werkwoord met 'to').

  • Certain: "She is certain that she passed the exam." (Zij is er zeker van dat ze het examen gehaald heeft.)
  • Sure: "He is sure to succeed." (Hij zal zeker slagen.) Of: "She is sure about her decision." (Zij is zeker over haar beslissing.)

Het is belangrijk om te begrijpen dat dit geen harde regels zijn, en er veel overlap is tussen de twee woorden. De context is vaak doorslaggevend. Maar door op deze nuances te letten, kun je je Engels preciezer en natuurlijker laten klinken.

Happy learning!

Learn English with Images

With over 120,000 photos and illustrations