Endure vs. Withstand: Twee Engelse werkwoorden die vaak verward worden

De Engelse werkwoorden "endure" en "withstand" lijken op het eerste gezicht misschien erg op elkaar, maar ze hebben subtiele maar belangrijke verschillen in betekenis. "Endure" betekent letterlijk "iets volhouden" of "iets verdragen," vaak in de context van iets onaangenaams. "Withstand," daarentegen, betekent "iets weerstaan" of "iets doorstaan zonder te bezwijken." Het gaat hier dus om het succesvol tegenhouden van een kracht of druk. Het belangrijkste verschil zit hem in de activiteit: bij "endure" onderga je iets, bij "withstand" weersta je iets.

Laten we dit met een paar voorbeelden verduidelijken:

  • Endure: "She endured the long, boring lecture." (Zij hield de lange, saaie lezing vol.) Hier ondergaat ze iets onaangenaams, maar ze geeft niet op.
  • Withstand: "The bridge withstood the strong winds." (De brug weerstaan de sterke wind.) Hier wordt een kracht (de wind) weerstaan; de brug bezwijkt er niet onder.

Een ander voorbeeld:

  • Endure: "He endured the pain of his injury." (Hij verdroeg de pijn van zijn blessure.) Hij ervaart de pijn, maar geeft niet op.
  • Withstand: "The castle walls withstood the siege." (De kasteel muren hielden stand tegen het beleg.) De muren weerstaan een aanval; ze bezwijken niet.

Nog een paar nuances: "Endure" kan ook verwijzen naar iets positiefs, zoals het volhouden van een relatie of een lange wandeling. "Withstand" daarentegen, is bijna altijd verbonden met het succesvol weerstaan van een negatieve kracht of druk.

Kijk goed naar de context om te bepalen welk werkwoord het meest geschikt is. Probeer de voorbeelden te gebruiken als leidraad en let op de nuance in de betekenis.

Happy learning!

Learn English with Images

With over 120,000 photos and illustrations