Voor veel Engelstalige beginners is het verschil tussen "slow" en "sluggish" niet altijd even duidelijk. Beide woorden betekenen in essentie 'langzaam', maar ze worden in verschillende contexten gebruikt. "Slow" beschrijft simpelweg een lage snelheid of tempo. "Sluggish", daarentegen, impliceert vaak een gebrek aan energie of activiteit, een gevoel van traagheid of loomheid. Het beschrijft dus niet alleen de snelheid, maar ook een bepaalde staat of toestand.

Bekijk de volgende voorbeelden:

• Slow:

  • Engels: The snail is slow.
  • Nederlands: De slak is traag.
  • Engels: The internet connection is slow today.
  • Nederlands: De internetverbinding is vandaag traag.

• Sluggish:

  • Engels: I feel sluggish after that big meal.
  • Nederlands: Ik voel me loom na die grote maaltijd.
  • Engels: The market is sluggish this quarter.
  • Nederlands: De markt is traag/lui deze kwartaal.

Merk op hoe "sluggish" een extra laag van betekenis toevoegt. Het beschrijft niet alleen de traagheid, maar ook een gevoel (loomheid) of een algemene staat van inactieve traagheid (een 'luie' markt).

Het is belangrijk om de nuances te begrijpen, want het verkeerde woord gebruiken kan je zin een andere betekenis geven dan je bedoelt. Oefen met het gebruik van beide woorden in verschillende zinnen om het verschil beter te leren kennen.

Happy learning!